Investeren in een gezonde ontwikkeling
Vroege signalering, preventie en aantoonbaar resultaat
Investeren in de sociaal-emotionele ontwikkeling kan depressiviteit voorkomen. De STORM-aanpak is een wetenschappelijk onderbouwde, preventieve werkwijze die tot doel heeft een depressie of suïcide bij jongeren vóór te zijn en wordt als programma aangeboden in een regionale samenwerking tussen regionale organisaties in onderwijs en zorg.
De ontwikkeling van de STORM-aanpak
De STORM-aanpak is ontwikkeld in Oost-Brabant en wordt daar uitgevoerd sinds 2015. Het stijgende aantal jongeren met depressieve klachten en suïcidale gedachten was de aanleiding om een aanpak te ontwikkelen om de mentale gezondheid van jongeren te stimuleren en te investeren in een gezonde ontwikkeling van jongeren. In een samenwerking tussen scholen, GGD, jeugdhulpverlening, GGZ en gemeenten is besloten om de handen ineen te slaan, in de overtuiging dat het signaleren én afwenden van (dreigende) depressiviteit en suïcidaliteit onder jongeren veel beter moet en kan.
Om dat te bereiken is een school-brede aanpak gericht op alle jongeren noodzakelijk. Door ons te richten op alle leerlingen, stimuleren we de mentale gezondheid van alle jongeren op school. Jongeren leren wat mentale gezondheid is, wat zij zelf kunnen doen om lekker in hun vel te zitten en ook wat zij kunnen doen als het even iets minder gaat. Hiermee leren we jongeren dat zij zelf invloed hebben op hoe zij zich voelen. Jongeren die zich minder goed voelen, worden gesignaleerd en worden geholpen op een manier die bij hun past. Op het voortgezet onderwijs doen we dit in het eerste of tweede jaar en in het vierde jaar. Op het middelbaar beroepsonderwijs wordt de aanpak uitgevoerd in het eerste jaar.
De STORM-aanpak bestaat uit vier interventies
“Samen zijn we beter in staat om depressies vroeg te signaleren en jongeren in hun eigen omgeving direct goede ondersteuning te bieden. Als we ze blijven volgen en begeleiden, kunnen we depressies op latere leeftijd voor- komen. Daar ben ik van overtuigd.”
Daan Creemers is klinisch psycholoog en directeur behandelzaken Kind & Jeugd, GGZ Oost Brabant
Het mooie aan STORM zijn de korte lijntjes, tussen school, zorg, ouders en jongeren. Dat helpt echt bij het doorpakken als er echt problemen zijn.”
Floor van der Laken, jeugdhulpverlener
De drie pijlers die de STORM-aanpak sterk maken
Uniek aan STORM is de inzet op preventie, de stevige, regionale ketensamenwerking en het wetenschappelijk onderzoek naar wat écht werkt. Scholen, hulpverleners, gemeenten en anderen zorgen er in hun regio samen voor dat signalen van somberheid bij jongeren snel worden opgepikt én aangepakt.
- Preventie. Onderzoek toont aan dat depressieve klachten en suïcidale gedachten sterk toenemen tijdens de adolescentie. STORM zorgt ervoor dat jongeren al op die leeftijd in beeld komen en preventieve hulp krijgen aangeboden voordat de situatie ernstig wordt.
- Krachtige keten. STORM zoekt jongeren actief op in hun eigen omgeving. Ketenpartners in zorg en onderwijs werken nauw samen om tijdig in te grijpen.
- Bewezen effect. Door jongeren te vragen welke vormen van hulp écht werken, kunnen we ze steeds beter helpen. Want uiteindelijk draait ons werk maar om één ding: resultaat.
Feiten & Cijfers
Dáárom is STORM nodig:
- Elk jaar heeft 20% van alle jongeren weleens last van sombere periodes;
- Elk jaar wordt bij 4% (37.000 jongeren) een depressieve stoornis vastgesteld;
- Gemiddeld duurt een depressieve periode 6 maanden, bij 20% duurt een depressie langer dan twee jaar;
- Sinds 2010 is zelfdoding de belangrijkste doodsoorzaak onder jongeren. In 60-90% van die gevallen bleek er sprake van een depressieve stoornis, maar slechts 25% was bekend bij de hulpverlening;
- Na herstel van de eerste depressie is de kans op een terugkeer binnen twee jaar 40%. Daarna is de kans op een derde episode 70% en op een vierde 90%;
- Bij 75% van alle volwassenen met een depressie begonnen de klachten in de jeugd;
- Veel mensen herstellen van een (beginnende) depressie! Tijdige behandeling voorkomt een depressie in de volwassenheid.